Ze worden dé nieuwe talenten van de Scandinavische mode genoemd. Inmiddels veroveren ze met hun kledingmerk Forét ook terrein in Engeland én Nederland. Bekende artiesten als Typhoon en Ruben Annink van Beste Zangers dragen hun spullen graag en ook op Instagram pakken ze het goed aan. Ondanks het succes lijken de Deense Jeppe en Jesper niet naast hun hikeschoenen te gaan lopen en gaan ze stevig door met het anderen overtuigen van hun missie: minder online, meer de paden op en de laden in. Maar dan wel in hun kleding natuurlijk.
De historie van Forét leest als een jongensroman die nét even iets anders is. Op jonge leeftijd leren Jeppe en Jesper elkaar kennen. Het is niet een hobby als voetbal of hockey die hen bindt; dat is de padvindersclub. Een hobby die in Nederland misschien een stoffig imago heeft – onterecht – maar die in het natuurrijke Scandinavië juist populair is. Hoe dan ook: een vriendschap is geboren. Met mode hebben de jongemannen weinig, wél veel met het groen, het water, de schone lucht en alles wat er in de natuur te beleven is. Behalve ingewikkelde knopen leggen, kampvuren maken en trektochten houden op het water, ondernemen de twee vrienden trouwens ook andere projecten. Zo schijnt het dat ze als pubers de woonkamer van één van hun ouders ooit eens hebben veranderd in een nachtclub.
Klaar met scouting
We maken even een sprongetje in de tijd. Alle insignes op de scouting zijn behaald en de jongens hebben inmiddels het volwassendom bereikt. Wel zijn ze nog net zo ondernemend als in hun jongere jaren. Ook ligt hun hart nog steeds bij de wonderschone natuur dichtbij huis – de padvinder haal je niet zomaar uit de jongen. De jongens zijn inmiddels ook zover dat ze zich bewust zijn van hun talenten en ambities. De één weet veel van (financiële) marketing en media af, de ander van branddesign en de mode-industrie. Maar nu willen ze samen een project opzetten. Niet zomaar een project, maar eentje met een grotere betekenis.
En dat project wordt in 2014 op de markt gebracht: een modemerk. Al is dat woord eigenlijk verkeerd gekozen. Want Forét is niet zomaar een merk. Nee, hun geesteskindje is een ‘movement’ die mensen moet aanzetten tot verandering. De ‘actiepunten’? Mensen stimuleren om minder gehaast te worden. Om vaker offline te gaan, familie en vrienden ook in real life te ontmoeten en (samen) de wereld om zich heen te ontdekken. Bovendien, zo is de redenatie van de jongens, zorgt het meer in de natuur zijn voor het je bewuster worden van je eigen ecologische voetafdruk en voor milieuvriendelijker gedrag. Hun actiepunten brengen ze mensen niet bij door met spandoeken op een bordes te staan. Dat doen ze – juist – door het uitbrengen van mooi gemaakte spullen, die lang meegaan.
Je kunt er ook in vissen
En daar zijn ze best goed in geslaagd, want de kleding past bij een leefstijl van weinig spullen nodig hebben en veel buiten zijn. Het begint al bij de merknaam: die is geïnspireerd op het Franse woord voor ‘bos’: forêt. Het plaatsen van een apostrof in plaats van een circumflex is overigens geen spelfout maar een bewuste keuze: dit vonden de jongens gewoon mooier. Dan de kleuren waarmee gewerkt wordt. Dat zijn warme, natuurlijke tinten als herfstbladerenbruin, beekjesblauw, blaadjesgroen en avondzonoranje. In de details is nog een knipoog naar het padvindersleven van vroeger te vinden. De knoopjes hebben namelijk een embleem van een touw, dat op de scouting wordt gebruikt om objecten te pionieren. De stijl van het merk – pardon, de beweging – is naar eigen zeggen een kruising van modern casual en outdoor streetwear: netjes en kek genoeg om die vergadering aan te vliegen, stoer en comfortabel genoeg om in het weekend vissen te vangen in het bos.
We spreken Rudy Gerritsen, agent van het merk. Hij vertelt over een belangrijk facet van het merk: duurzaamheid. ‘Jeppe en Jesper jagen de trends niet achterna, maar maken items die jaren meegaan en die aan volgende generaties kunnen worden doorgegeven. Daarnaast wordt er alleen gewerkt met kleding die het GOTS-keurmerk heeft. (Deze afkorting staat voor ‘Global Organic Textile Standard’ en houdt in dat minstens 70% van de kleding gemaakt is van organisch katoen, red.) De productie van de kleding vindt plaats in Portugal. Hoewel dat natuurlijk een stukje van Denemarken afligt, zorgen ze er wél voor dat alles onder goede voorwaarden geproduceerd wordt.’
Lekker exclusief
Top dus, dat er wordt gewerkt met grondstoffen die het milieu zo min mogelijk belasten. Daarnaast is de kans klein dat je collega ineens in hetzelfde overhemd loopt. Om het merk duurzamer in de markt te zetten, wordt het namelijk redelijk exclusief gehouden. Rudy: ‘Hoewel Forét momenteel hard gaat, zijn zowel de fysieke als de online verkooppunten bewust beperkt. House of Einstein is één van de weinige retailers waar het merk online te verkrijgen zijn. Zo wordt het meer dan een vluchtige hype. Bovendien produceert Forét zelf ook kleinschalig. Dit is ook vanwege de duurzaamheid, want zo hoeft niet-verkochte kleding niet nodeloos weggegooid te worden.’ Wat kenmerkt de kleding nog meer? ‘De kwaliteit is top en alles is gewoon heel mooi gemaakt, met zorg tot in de allerkleinste details. Ook zijn de materialen heel divers: overhemden van heel stevig katoen en canvas, maar ook heel zachte katoenen shirts en gebreide knits.’
Niet meteen een succesverhaal
Hoewel retailers nu staan te springen om Forét in de collectie op te nemen, was het niet van begin af aan een succesverhaal. Het startkapitaal van de jongens bestond uit een lening van 1500 euro – een klein bedrag waarmee er honderd shirts, nog eens honderd hoodies en wat petten geproduceerd konden worden. Elke dag haastten de jongens zich uit school en werk naar hun kleine voorraadruimte, om daar alle webshoporders zelf te verpakken. Vervolgens gingen ze op het fietsje naar het centrale station, om daar, na 20 minuten in de rij te hebben gestaan, de pakketjes met de hand op de post te doen. Een tijdrovend ritueel, dat ze twee jaar lang wisten vol te houden. In een interview: ‘Elke keer als we iemand op straat zagen in iets van Forét, vergaten we al die dingen.’
Enfin, de studie werd afgerond, een vaste baan werd opgezegd. Beiden gingen fulltime voor het Forét-avontuur. Zónder hulp van investeerders of anderen is het merk van de jongens uitgegroeid tot wat het nu is. Ze werden als Nieuwe Talenten 2018 naar voren geschoven tijdens de Copenhagen Fashion Week. Het buitenland pikte hen op, en inmiddels wordt Forét ook gedragen door Bekende Nederlanders – niet eens alleen voor mediaoptredens, ook in de vrije tijd, weet Rudy.
Work hard, play hard?
Nu het Jeppe en Jesper allemaal een stuk gemakkelijker afgaat, is het misschien verleidelijk om mee te deinen op het ritme van de snel veranderende mode-industrie. Maar hun showroom óók in het weekend opengooien en meer geld verdienen, dat zien de mannen niet zitten. Het vrije weekend is essentieel voor ze. Die tijd gebruiken ze namelijk om zich op te laden. Uiteraard doen ze dat in de buitenlucht. Die mooie foto’s op hun Instagram zijn hier het bewijs van, want die worden – ironisch genoeg – tijdens hun ‘offline’ oplaadmomenten geschoten. Ook de beste ideeën voor nieuwe collecties krijgen als ze ‘offline’ zijn. Dan visualiseren Jeppe en Jesper een ‘eiland’ dat als decor fungeert waar de collectiestukken worden opgetekend, en de bijhorende sfeer en verhalen. Zo was de ‘Fish & Folk’-wintercollectie van 2018 geconcentreerd rondom het thema ‘recreatief vissen in het bos’.
De offline tijd wordt serieus genomen. Rudy vertelt: ‘Laatst sprak ik ze en vertelden ze me dat ze twee weken op vakantie gingen. Het is een heel klein bedrijf; zij runnen het met zijn tweeën. Dus ik zei: ‘Huh, op vakantie, en jullie gaan állebei weg? Kan dat zomaar?’ Ze hadden zoiets van: ‘We zijn toch vrienden? We willen gewoon allebei weg als we daar zin in hebben’. En dat werkt voor hen.’
Rammend stoer
Nog even over de kleding. De huidige 2019-collectie draagt het thema ‘Hiker’s Journal’, dat zich afspeelt op de Deense Faeröer-eilanden. Een prachtige plek waar je je innerlijke ‘wanderlust’ kunt bevredigen, maar waar vanwege het onvoorspelbare weer een goede uitrusting op zijn plek is. De collectie biedt de juiste ingrediënten: zachte hoodies, warme vesten, stevige overhemden, comfortabele chino’s… De kleuren en patronen passen bij het hike-thema: legergroen, marineblauw, een houthakkersmotief, opdrukken van vissen. Een item waar Jeppe en Jesper zelf heel content mee zijn, is het ‘Canvas Bear Shirt’. Een overhemd met een vintage feel, gemaakt van een heel stevige katoensoort en geïnspireerd op hun oude scoutingsuniform. Dit item is ook favoriet bij Rudy. ‘Ik heb hem ‘m in verschillende kleuren. Het leuke is dat je ‘m ook als een jasje over je shirt kunt dragen, met de knoopjes open. De stof is wel wat steviger dan je waarschijnlijk gewend bent, maar het is een rammend stoer ding!’